Ik las eens in een tijdschrift dat moeders de twee helften van een eeneiige tweeling altijd uit elkaar kunnen houden. Dat ze meer zien dan alleen de gelijkenissen wanneer baby’s nog niet luisteren naar hun naam. Het worden niet voor niets moedervlekken genoemd die nooit op dezelfde plekken zitten. Toch, altijd als ik een tweeling zie, kan ik niet anders dan denken dat ze misschien niet zijn wie ze dachten te zijn. Op enig moment per ongeluk verwisseld door hun moeder of vader of misschien wel door allebei. Tijdens nachten vol slaaptekort en wazig wakker zijn. Of na een badje de verkeerde kleur kleertjes aangekregen en daarna voor altijd onder een andere naam door het leven.
Maakt het dan nog uit dat ik jouw naam* vergeten ben en nog maar ongeveer weet hoe je er uitzag? Maar me wel herinner dat, als je lachte, rimpeltjes de pigmentvlek bij je rechteroog precies omlijnden en je sterrenbeeld waarin niets goeds geschreven stond.
* Je kunt een ster een naam geven. Voor € 44 heb je al een tweelingster op Starregister.com maar ik vernoem in het bos een boom naar jou ook al mag ik die dan na zonsondergang niet meer bezoeken van Staatsbosbeheer.